(India)
2 grote aubergines – 2 tl zout – 2 tl kurkuma – 1 el mosterdzaad – ½ dl azijn – 1 ui – 4 t knoflook – 1 el verse gember – 1 el ketoembar – 2 tl gemalen komijn – 1 tl gemalen venkelzaad – ½ kop tamarindepulp – ½ dl heet water – 3 verse groene pepers – 1 pijpje kaneel – 1 tl chilipoeder – 2 tl suiker – olie
Snijd de aubergines in dunne plakken, wrijf ze in met zout en kurkuma en leg ze in een kom; laat ze circa 1 uur staan. Giet de vloeistof af en laat uitlekken op keukenpapier.
Verhit circa 2 ½ cm olie in een pan en bak de plakjes aubergine heel langzaam tot ze aan beide kanten bruin zijn. Haal de plakjes uit de olie en leg ze in een kom. Bewaar de olie voor verder bakken.
Stamp de mosterdzaad fijn in een vijzel en stamp de azijn erdoor. Voeg de ui, knoflook en gember toe en stamp verder tot een smeuïge pasta is verkregen. Zet dit apart.
Rooster de koriander, komijn en venkel in een droge koekenpan tot lichtbruin. Knijp de tamarindepulp uit in heet water, pers het door een zeef en verwijder de zaden. Gebruik het vocht.
Verhit wat van de gebruikte olie en bak het gestampte mosterdmengsel ca 5 min. Voeg de geroosterde specerijen toe, daarna de pepers (zonder zaad, fijn gesneden), kaneel, chilipoeder en het tamarindevocht. Voeg de gebakken aubergineplakken toe en nog wat olie, die in de kom is achtergebleven. Roer, bedek de pan en laat het gerecht 15 min pruttelen. Neem de pan van het vuur en voeg onder roeren de suiker toe. Voeg naar smaak evt extra zout toe. Laat de aubergines goed afkoelen en bewaar ze in schoongemaakte potten.