2 el olie – 2 sjalotjes – 250 gr risottorijst – 1 dl droge witte wijn – 400 gr asperges – 125 gr licht belegen boerenkaas – 2 el verse kruiden (oregano, basilicum, tijm) – 3 dl bouillon
Rasp de kaas. Schil de asperges, snij ze in stukjes van 2 cm en kook ze in de bouillon beetgaar. Schep de asperges uit het kookvocht en laat uitlekken. Meet 4 dl kookvocht af. Snij de sjalotjes fijn en fruit ze in de olie. Voeg de rijst toe en bak zachtjes even mee zodat de korrels gaan glimmen. Zet vuur wat hoger en voeg de wijn toe, roer tot de wijn is opgenomen. Voeg dan geleidelijk en roerend het kookvocht toe, pas vocht toevoegen als het andere is opgenomen door de rijst. Ga zo door totdat de rijst beetgaar is en smeuïg. Voeg de fijn gehakte kruiden toe en roer om. Roer de aspergestukjes erdoor, houdt wat kopjes apart ter garnering. Voeg de geraspte kaas toe en roer goed zodat de kaas smelt en zich goed verdeeld door de risotto. Maak op smaak met peper en zout.